Aankomst in Accra!

24 februari 2018 - Accra, Ghana

Afgelopen maandag vlogen Rosan en ik naar Ghana. Ik vond het afscheid nemen op het vliegveld heel moeilijk en de reis naar Ghana was lang en vervelend. Eenmaal aangekomen in Accra moest eerst ons Visum gecheckt worden. De eerste vrouw die we tegen kwamen zei doodleuk dat haar dienst erop zat en dat we zelf maar iemand anders moesten vinden. Daarna kwamen we bij twee mannen van de Ghanese ambassade en hun eerste vraag was waarom we eigenlijk nog niet getrouwd waren. Goede eerste indruk van de Ghanezen. Buiten zouden we opgehaald worden door Victoria. Alles was gepland en uitgestippeld, helemaal mooi zou je denken. De eerste avond begon gelijk hectisch. Victoria haar telefoon was kapot waardoor er een miscommunicatie was wanneer ze ons op moest komen halen. Ze was er dus niet en we konden haar niet bereiken. We waren erg moe van de reis en we wilden vooral heel graag slapen. Een vriendelijke Ghanese taxi-chauffeur heeft ons geholpen met het vinden van een hotel in de buurt. De volgende ochtend had de receptie van het hotel Victoria nogmaals proberen te bellen en om 7 uur ‘s ochtends stond ze voor de deur van het hotel om ons op te halen. Na een kort nachtje slaap is gelukkig alles uiteindelijk goed gekomen.

Victoria nam ons die dag mee door Accra. De suuuuper drukke hoofdstad van Ghana. Overal lopen mensen in kleurrijke kleding, met vanalles op hun hoofd en baby’s met doeken gebonden aan hun lichamen. Vol verbazing zit ik naar iedereen te kijken. Tijdens een hele grote regenbui toen we op het strand waren, gingen we maar wat eten. Mijn eerste Afrikaanse gerechtje, kip met yam. Het was best lekker, behalve dat ze overal een mega pittige zwarte saus op gooien om er maar zeker van te zijn dat ik bij elke hap in de fik sta. Daarna viel onze gids Victoria in slaap, een paar uur lang... natuurlijk ben ik de moeilijkste niet, dus ging ik ook maar een dutje doen. ‘s avonds aten we Banku. Een soort viezige maisbal wat wordt gedopt in alweer een heeeele pittige soep. Ik moet duidelijk nog aan het eten wennen.

Woensdag kregen we voor het ontbijt een broodje met pindakaas voorgeschoteld. Dat maken ze allemaal zelf hier en is overal te krijgen. Pindakaas was werkelijk het enige wat ik niet ging missen aan Nederland, want ik lust geen pindakaas. Maar goed, Rosan was er erg blij mee. Daarna werden we op de bus gezet naar Wli, het dorpje waar we de komende 3 maanden gaan wonen. De reis duurde bijna 5 uur en was erg vervelend. Sommige stukken waren prima te doen, op een normale weg. Maar nog vaker gingen we zigzaggend over de weg omdat er overal diepe putten in de weg zitten. Soms hielt de weg opeens op en voelde het meer als een jeep safari. Halverwege stopte de bus even zodat we wat konden kopen om te eten. We stopten bij een soort etensmarktje en 100 vrouwen kwamen op de bus afgerend met torenhoge schalen met eten op hun hoofd. Tikken op de ramen of we iets wilde kopen. Ik durfde bijna de auto niet uit te stappen. Uiteindelijk hebben we ook dat weer overleeefd en zijn we goed aangekomen in Wli. De eerste paar dagen waren gelijk al erg bijzonder.